Om emoties te verwerken, is het dan altijd goed ze zoveel mogelijk te uiten?13 jaar lang heb ik in mijn eentje een organisatie opgericht en gerund; en ik vond dat dat prima ging. Pas nu ik twee partners heb en we als team samenwerken aan de verdere ontwikkeling van Ontmoet Afrika, ervaar ik hoe heerlijk het is om het niet allemaal meer alleen te hoeven doen.

Zo raakte ik gisteren zeer geïrriteerd omdat een Nederlandse instelling ons min of meer dwingt iets voortaan op een andere manier te regelen om een voorgevallen incident in de toekomst te voorkomen. Terwijl wij weten dat die andere manier meer risico’s en meer kosten met zich meebrengt. Dat kregen we hen alleen niet uitgelegd. Het was maar goed dat mijn collega, die veel geduldiger en begripvoller is dan ik, het gesprek met de instelling voerde. Als ik het had gedaan, hadden we deze relatie wellicht verloren.

Ik heb het bovendien getroffen met twee partners die meteen zeggen waar het op staat. ‘Waarom doe je nou zo geïrriteerd?’; kreeg ik dus te horen. Tja, dat vergde even wat zelfonderzoek; iets waarin ik mezelf gelukkig al zo’n 20 jaar getraind heb. Onder die irritatie werd ik het gevoel van machteloosheid gewaar dat opgeroepen wordt als ik een ander niet kan overtuigen van mijn waarheid en ik niet anders kan dan toegeven. Dat gevoel van machteloosheid zit gekoppeld aan een aantal zeer nare jeugdherinneringen. Dus mijn hersenen associëren dit gevoel aan een dreigend gevaar en een naderende periode van onheil.

Lang ben ik in verwarring geweest hoe je het beste om kan gaan met zulke heftige emoties die niet te verklaren zijn in het licht van de huidige aanleiding. Toen ik 20 jaar geleden startte met emotioneel lichaamswerk werden we nog gestimuleerd alle onderdrukte emoties in alle heftigheid te uiten; want eruit is eruit was de gedachte. Inmiddels heb ik geleerd dat het handig is onderscheid te maken tussen 3 soorten emoties.

Er zijn emoties die opgeroepen worden om dierlijke verdedigingsmechanismen (vechten, vluchten, hulproep, bevriezen en verlammen) te ondersteunen. Bij gevaar reageert je lijf instinctief met een van deze 5 verdedigingsmechanismen. Pas na de fysieke reactie ontstaat een emotie die deze reactie verder ondersteund. Dit zijn emoties als razernij, doodsangst, paniek en wanhoop. Deze emoties kunnen een ondergronds leven gaan leiden als de bedreigende situatie traumatisch is geweest. Ze worden dan weer opgeroepen in situaties die je aan die traumatische gebeurtenis herinneren. Je verwerkt zulke emoties niet door ze maar een paar keer uit te leven; erger nog, dit werkt alleen maar hertraumatiserend. Onverwerkt trauma kun je het beste op een fysiek niveau aanpakken (hoe dat precies gaat kun je lezen op de pagina trauma).

De tweede soort emoties worden geconstrueerde emoties genoemd. Dit zijn aangeleerde emotionele patronen die in het verleden geleid hebben tot verzorging, aandacht, liefde, enz. Bij de ene soort ouders kun je bijvoorbeeld beter huilen en bij een ander soort ouders kun je beter woedend op je strepen gaan staan om uiteindelijk te krijgen wat je nodig hebt. De meeste mensen hebben dus een bepaalde voorkeursemotie die in uiteenlopende situaties opgeroepen wordt, terwijl deze emotie in de huidige situatie vaak geen bevredigend resultaat geeft (zoals woedend worden op je partner als deze je geen liefdevolle aandacht geeft). Als je op zoek bent naar heling van oude wonden, is het ook bij geconstrueerde emoties niet nuttig deze eindeloos te blijven uiten.

In dat geval is het zaak op zoek te gaan naar de kernemotie die eronder ligt (bijvoorbeeld rouwen om de niet gekregen aandacht die je als kind zo nodig had). Kernemoties zijn de derde soort emoties. Het kenmerk van kernemoties is, is dat ze door ze te uiten, langzaam veranderen in een gevoel van rust, bevrediging, vreugde en/of verbinding.

Dus toen ik me gister realiseerde dat er onder die machteloosheid angst zat voor de gevolgen van de beslissing van de ander, kon ik mezelf geruststellen. Een gevolg van de aanpassing die de instelling van ons vraagt zal weliswaar wat extra rompslomp met zich meebrengen, maar luidt geen afschuwelijke periode van onheil in. Het delen van dit inzicht met mijn partners zorgde voor meer verbinding en een gevoel van dankbaarheid dat ik nu kan steunen op een hecht team in plaats van alles alleen te moeten oplossen.